Anderhalve week geleden kocht ik via een postorderbedrijf een mooie katoenen sprei met 40% ‘lentekorting’. Zaterdag legde ik nieuwe lakens en die avond sliep ik voor het eerst onder de sprei. Ik sliep heerlijk, maar vond dat de omvang van de sprei misschien toch iets royaler had gemogen. Het ware dus beter 250 x 250 cm geweest in plaats van 230 x 250.
Terugsturen en omruilen waren gratis. Het supplement voor de andere maat een bedrag waarvan een mens niet kan wakker liggen onder z’n sprei. Na mijn derde opvouwpoging paste de sprei opnieuw in de plastic hoes met rits. Daarna stak ik ze netjes in de zak waarmee ze was geleverd en stak de retourbon in het plastieken hoesje op de zak.
Vanmorgen werd ik vanzelf om 5u30 wakker, als was mijn biologische klok zonder wekker afgestemd op het retourneren van de sprei. Ik besloot op te staan en het pakket ’s morgens in plaats van ’s avonds te gaan afleveren bij het Kiala-afhaalpunt. Daarna kon ik dan nog net mijn trein van kwart over zeven halen.
Deed dat mens van die krantenwinkel toch wel vervelend over de zak waarin het pakje zat.
“Ja, dat had moeten dichtgeplakt zijn hè. Ik moet dat iedere keer tegen de mensen zeggen! Dat is altijd hetzelfde. En dan vragen ze plakband, maar ik heb geen plakband hoor.”
Onze beider blikken vielen gelijktijdig op het rolletje plakband dat naast de kassa in een houder stond.
“Ja, dat is plakband voor op de vensters, die plakt niet op zo’n plastic!”
Ik slikte mijn woorden in en spaarde ze wijselijk voor deze blog.
“Ik wil er best voor betalen hoor”, bood ik nog aan. Maar het was duidelijk het soort vrouw dat op een vroege maandagochtend met niks te lijmen valt.
Ik maakte er verder geen woorden aan vuil en stapte weer in mijn auto.
Op de weg naar het station bedacht ik dat de sprei misschien toch wel groot genoeg was zo. Dan kon ik ze vanavond al terugleggen en het hele incident vergeten.
Maar tegen de tijd dat ik bijna aan het station was voor de trein van kwart over zeven, realiseerde ik me dat het simpelweg ondenkbaar was dat die sprei me iedere ochtend en avond zou herinneren aan een vervelende ochtend waarin ik kennismaakte met een nieuw soort plakband die ontworpen scheen te zijn om alleen op vensters te plakken.
Ik reed het station voorbij, terug naar huis. In één minuut tijd was het pak zo goed dichtgeplakt dat het de mensen van het postorderbedrijf minstens vijf minuten zou kosten om het weer open te krijgen.
Ik reed terug naar de Kiala-afhaalpunt-mevrouw. Rustiger dan ooit, want mijn trein kon ik toch vergeten.
“Ah, ze is al terug zie”, zei ze toen, warempel met een glimlach.
Ze moest zich in de tussentijd hebben gerealiseerd dat ik die bestsellerauteur-in-spe was en dat ze welhaast zeker nooit één boek van mij zou mogen verkopen als ze niet wat vriendelijker tegen me was ;-)
Wijsheid komt met de jaren, dacht ik, maar soms al met de minuten, toen ik haar met een heel brede glimlach het met plakband dichtgebetonneerde pak overhandigde en haar verder nog een goeiemorgen wenste.