maandag 20 juni 2016
Leesclub 'De Perfecte Buren' in gesprek met Katrien Van Effelterre
Na ‘Vossenspoor’ is ‘Levend aas’ de tweede thriller van Katrien Van Effelterre. Deze Vlaamse gaat niet joggen zonder de bosgrond af te speuren naar een verborgen lijk. Want mensen denken meer dan ze zeggen en doen meer dan ze laten zien.
Gepassioneerd door de taal van het leven schrijft zij thrillers in een vlot en scherpzinnig proza dat recht doet aan de levendige karaktertekening van de personages en de spanning waarmee de verrassende intriges zich ontvouwen.
Wil je nog meer weten over Katrien en haar passies, lees dan dit boeiend en openhartig interview dat ik met haar had.
Karin - Team De Perfecte Buren
Wie is Katrien?
Ik ben een gevoelig meisje dat het leven heel intens beleeft. Zowel de positieve als de negatieve dingen. Ik koester herinneringen, dromen en fantasieën, en heb altijd een passie gehad voor verhalen. Eigenlijk bestaat het hele leven uit verhalen. Verhalen zijn de manieren waarop het leven betekenis krijgt. Zonder verhalen zijn er alleen losse eindjes die berusten op toeval of willekeur.
Je promoveerde na je studie Germaanse taal- en letterkunde in 2006 met een onderzoek naar terugkerende doden in de volkse vertelcultuur. Een mond vol! Vertel eens.....
Nadat ik als germanist was afgestudeerd, vroeg professor Stefaan Top mij of ik geïnteresseerd was om als wetenschappelijk medewerker met een project te starten. Het resultaat werd de Vlaamse Volksverhalenbank (www.volksverhalenbank.be), een heel mooi project rond de ontsluiting van duizenden Vlaamse sagen over heksen, weerwolven, vrijmetselaars, duivels, enz. die enkele decennia geleden bij authentieke vertellers werden opgetekend door studenten. Ik koos het thema van de terugkerende doden om een doctoraatsonderzoek over te voeren, omdat dat onderwerp zo diep gaat. Het gaat over het spanningsveld tussen volksgeloof en de officiële religie, maar ook over de universele nieuwsgierigheid van de mens naar het leven na de dood.
Na afloop van dat project ging ik in 2007 als Europees projectmanager aan de slag bij het Brusselse hoofdkantoor van de VDAB. Nu ben ik daar teamleider en expert arbeidsmarktregie op de dienst Europees Projectbeheer.
Omdat ik zoveel creatieve ideeën in me heb, startte ik kortgeleden ook met een zelfstandig bijberoep als copywriter. Ondernemende mensen helpen meedenken over de meerwaarde die zij willen brengen en dat vertalen in ‘tekst die werkt’, geeft me voldoening.
Je bent gepassioneerd door taal. Zat dat er als kind al in?
Ja, zeker. Ik heb altijd graag en veel gelezen, en op school was het schrijven van opstellen mijn favoriete opdracht. Volgens mijn mama kon ik spreken voordat ik kon lopen. Negen maanden was ik toen. Ik had vast al begrepen dat mijn woorden me dichter bij mijn dromen zouden kunnen brengen dan mijn voeten dat konden. Want voetstappen zijn beperkt tot de wereld van de realiteit. Terwijl verhalen een universum scheppen dat grenzeloos is. Toen ik voor het eerst bij de kinderarts kwam en mama verklaarde dat ik al sprak, dacht die dokter met zijn vroege grijze haardos overduidelijk: ‘Ja ja mevrouwtje, dat vindt iedereen natuurlijk van z’n eigen kind.’ Maar toen ik er even later in mijn kinderlijke onschuld uitflapte ‘Jij bent een bompa’, had hij daar niet van terug. Wie weet, misschien is hij sinds die dag wel zijn haar beginnen verven! [lacht]
Na ‘Vossenspoor’ is ‘Levend aas’ je tweede thriller, waarom koos je voor dit genre?
Spanning en gevaar intrigeren me. Vooral de gevaren waarvan we ons niet bewust zijn. Niemand loopt met zijn geheimen te koop, waardoor het stukje dat we van mensen te zien krijgen, altijd maar het topje van de ijsberg is.
Wie had bijvoorbeeld kunnen vermoeden dat de sociale en goedlachse Ronald Janssen zo’n duistere kant zou hebben?
Hoelang heb je aan ‘Levend aas’ gewerkt en hoe begin je aan zo’n verhaal, wat heeft je geïnspireerd?
Aan de uitwerking van de plot en het schrijven van de eerste versie heb ik ongeveer zes maanden gewerkt. Na de positieve reactie van The House of Books volgde er een proces van een klein jaar waarin ik van Hanneke Wijte en Harold De Croon zoveel inspiratie en feedback heb gekregen dat het manuscript er alleen nog spannender door is geworden. Ik ben dan ook heel dankbaar voor de groei die dat jaar me heeft gebracht.
Ga je verder met dezelfde personages, dan bedoel ik met hetzelfde politie team?
Jazeker. Levend aas is het eerste deel van een misdaadreeks met hetzelfde politieteam. Patricia Rodiers, undercoveragente en hoofdpersonage, woont in Hasselt en werkt dan ook vanuit die regio. Maar misdaad overschrijdt soms grenzen, niet alleen op moreel vlak. Ik wil nog niet teveel verklappen, maar deel twee situeert zich in verschillende regio’s van ons land.
Ja, een werkversie van het tweede deel van deze reeks is dus al klaar. Dat verhaal begint met een vrouw die op haar werk een telefoontje krijgt van de crèche waar haar kind verblijft. Haar dochtertje is plots ziek geworden, waardoor ze meteen moet komen. Nadat ze haar auto bij de crèche heeft geparkeerd en is uitgestapt, wordt ze met één schot in het hoofd gedood.
Er volgt een hele reeks van moorden, die op een heel onwaarschijnlijke manier met elkaar zijn verbonden rond een thema dat niemand onberoerd zal laten.
Je hebt een Nederlandse uitgever, The House of Books. Hoe bevalt dit als Vlaamse?
Als Vlaamse auteur is het een uitzonderlijke kans om met een Nederlandse uitgever te kunnen samenwerken. In Nederland heeft men immers al genoeg eigen auteurs voor een relatief klein taalgebied. De samenwerking met The House of Books heeft me dan ook heel enthousiast gemaakt. Levend aas ligt daardoor niet alleen in de Vlaamse maar ook in de Nederlandse boekhandels. En wat dat extra leuk maakt, is dat Nederlanders zo heerlijk extravert durven te zijn. Ze delen openlijk wat ze ergens over denken, ook via de sociale media, en dat heeft nu al voor een levendige dynamiek rond dit boek gezorgd.
Verwerk je biografische elementen in je boeken?
Nee, niet in de strikte zin van het woord. Maar ik heb het woord ‘autobiografisch’ wel altijd een beetje ambigu gevonden. Want bij alles wat je schrijft, ligt er automatisch toch een stukje van jezelf in je manier van kijken naar de realiteit. Voor de uitwerking van een personage bijvoorbeeld, gebruik ik soms wel elementen van mensen uit mijn omgeving omdat het tijdens het schrijfproces belangrijk is dat ik ze echt voor me kan zien.
Zou je ook een kinderboek of een roman kunnen schrijven?
Een kinderboek zou ik niet kunnen schrijven, denk ik. Omdat ik zelf geen kinderen heb, vind ik het heel moeilijk om me een voorstelling te maken van wat kinderen op welke leeftijd interessant vinden en welke taalkundige complexiteit ze op die leeftijd aan kunnen.
Een liefdesroman is dan weer wel iets dat ik helemaal zou zien zitten. Maar eerst ga ik verder met de misdaadreeks rond Patricia Rodiers, want heel veel lezers zitten nu al op het tweede deel te wachten!
In ‘Levend aas’ staan dating-sites centraal. Hoe sta je zelf tegenover dating-sites?
Persoonlijk vind ik het internet een fantastische uitvinding. Mensen die beweren dat we daardoor minder authentiek contact met elkaar hebben, volg ik niet. Met een laptop op schoot kunnen we contact hebben met mensen aan de andere kant van de wereld. Dat is toch wonderlijk! Hetzelfde geldt voor online dating. Dat is grensverleggend in die zin dat het mensen in contact brengt met een veelvoud van de mannen of vrouwen die ze twee generaties geleden alleen maar onder de kerktoren zouden hebben ontmoet. Bovendien is het een makkelijk en efficiënte manier om mensen voor sociaal isolement te behoeden. Zo begon er voor de 103-jarige Zweedse blogster Dagny Carlsson letterlijk een nieuw leven met de aankoop van haar eerste computer. Hoe ze online op zoek gaat naar een man met wie ze nog een keer zou kunnen dansen, dat is gewoon fantastisch! Natuurlijk moet je op je hoede zijn, zowel online als offline. Er zijn een aantal redenen waarom sociopaten datingsites als het gedroomde werkterrein zien om een slachtoffer te vinden. Zonder paranoïde te worden, moeten mensen zich daarvan bewust zijn.
Zie je, terwijl je schrijft het verhaal als in een film voor je?
Ja, absoluut.
En stel je boek wordt verfilmd, wie wil je zeker in de cast hebben en waarom?
Het hoofdpersonage zou zeker een heel vrouwelijk type moeten zijn. In mijn column ‘Moordgrieten’ schreef ik er al over hoe vrouwen in misdaadthrillers en daarop gebaseerde tv-series vaak erg mannelijk worden voorgesteld. Alsof een vrouw alleen maar politiewerk kan doen als ze zich als een man weet te gedragen. Een succesvolle verfilming zou dus stereotypes moeten doorbreken. Waarom bijvoorbeeld geen jonge talenten als Marieke Dilles (De Smaak van de Keyser) of Lise Feryn (In Vlaamse Velden) in de hoofdrol?
Heb je een schrijfritueel? Bv enkel ‘s avonds, in stilte of net met muziek, ......
Wanneer ik in een schrijfproces zit, zijn vooral regelmaat en discipline van belang. Nogal wat mensen vertellen me dat ze ooit ook een keer een boek willen schrijven, maar er gewoon nog geen tijd voor hebben. Of ze beginnen eraan, maar hebben dan te weinig inspiratie om door te gaan.
Voor mij werkt het veel beter om bijvoorbeeld iedere dag twee uur te schrijven in plaats van een heel weekend non-stop aan mijn verhaal vastgelijmd te zitten. Mensen die het echt willen, kunnen er dus best dagelijks een stukje tijd voor reserveren, ook al is het maar heel kort. De regelmaat zal resultaat opleveren.
Wat de plaats betreft, ben ik redelijk flexibel. Meestal schrijf ik thuis aan mijn bureau, maar mijn laptop kan ik overal neerzetten, dus het kan net zo goed op de trein of in een gezellig cafeetje. Achtergrondmuziek stoort me niet, maar stilte is beter, want conversaties van mensen rond me leiden me teveel af.
Weet je nog wanneer de kriebels kwamen om te gaan schrijven? Hoe jong was je toen?
Gek genoeg kan ik me geen tijd herinneren waarin die kriebel er niet was. Als klein meisje van een jaar of tien zei ik al dat ik schrijfster wilde worden. Mijn ouders raadden me toen aan om eerst maar ‘iets gewoons’ te doen; schrijven zou daarnaast nog altijd kunnen. Een effectieve start maken met het schrijven van fictie, kon ik pas toen ik mijn doctoraat had afgewerkt. Pas dan kwam er tijd voor een privé-leven, samen met de vrijheid om voetnoten en bibliografieën te mogen loslaten en gewoon te kunnen schrijven wat in mijn hoofd opkwam.
Je boek wordt goed gelezen en bekroond met vele sterren. Wat doet dat met jou?
Ik ben er heel erg blij mee, dat spreekt voor zich. Maar dat betekent niet dat ik daardoor ga zweven. Het is eerder een gevoel van geruststelling: oef, de lezers vinden het goed. Het is gek, maar je bent zo’n lange periode zo intensief met je tekst bezig geweest, dat je op de duur zelf de kwaliteit van het resultaat niet meer kan beoordelen. Want je kan niet meer verrast worden door je eigen verhaal.
Bloggers schieten als paddenstoelen uit de grond en recensies verschijnen her en der op sociale media en sites. Hoe sta jij tegenover de sociale media? Vind je dit een voordeel of heb je er niets mee?
Sociale media, en dan vooral Facebook, kunnen heel ‘fake’ en oppervlakkig voelen afhankelijk van waar ze worden voor gebruikt. Maar als platform om in contact te komen met lezers werkt Facebook buitengewoon goed.
Hoe belangrijk vind je het contact met je lezers en hoe beleef je dat?
Zonder lezers zijn er geen boeken. Dus ja, contacten met lezers vind ik heel belangrijk. Ik ben vereerd wanneer ze het vertrouwen hebben gehad om mijn boek te kopen en ik waardeer iedere vorm van feedback dan ook enorm.
Wat is het moeilijkste wat je ooit gedaan hebt?
Het moeilijkste in het leven vind ik loslaten. En tegelijk is dat precies het allerbelangrijkste dat een mens moet leren om geluk en vrijheid te kunnen voelen. De kracht vinden om je eigen weg te gaan, los van wat je denkt dat anderen van je verwachten, die krijg je niet van vandaag op morgen. Mensen rollen door hun diploma en door promoties vaak van de ene job in de andere zonder zich af te vragen of ze dat wel echt willen. Ik ben me daar altijd zeer bewust van geweest. Door een promotie te weigeren heb ik wel eens tegen zere schenen geschopt. Maar het is mijn leven en dus mijn keuze. Op privé-vlak gaat het al net zo. De maatschappelijke druk om je op een bepaalde leeftijd te settelen met een huis, een partner en twee kinderen, kan heel sterk zijn. ‘Geen kindjes?’ vragen mensen mij soms met een blik die aarzelt tussen medelijden en nieuwsgierigheid. Als vrouwen niet de onbedwingbare behoefte voelen om zich voort te planten, is dat nog steeds een beetje ‘not done’.
We schikken ons zo gemakkelijk naar de verwachtingen van anderen omdat we vrezen dat anders niemand ons nog graag zal mogen. Zeker vrouwen voelen zich gemakkelijk verantwoordelijk voor het geluk van anderen. ‘Ik moet met die vriendin mee naar daar, want anders zal ze misschien slechtgezind zijn.’ ‘Nee, dat doe ik maar niet, want wat zullen de mensen dan zeggen?’ Zichzelf zetten ze te vlotjes op de laatste plaats, terwijl ieder mens voor zichzelf de eerste plaats verdient.
Er zijn auteurs die schrijven onder een pseudoniem. Heb je daaraan niet gedacht?
Een pseudoniem heeft een belangrijk nadeel: als je je er echt achter verbergt, kan je geen promotie voeren voor je boek. En laat dat nu net hetgene zijn dat voor een beginnend auteur van cruciaal belang is. Daarom heb je er alle baat bij om je naam en je bestaande netwerk in te zetten om je boek bekend te maken. Maar natuurlijk kan een pseudoniem ook voordelen hebben: het geeft een grote experimentele vrijheid. Omdat net dat ook bijzonder aantrekkelijk kan zijn, staat het in mijn bucketlist!
Welke prijs zou je absoluut willen winnen?
Het klinkt zeker niet zo verstandig, maar als ik eerlijk ben, moet ik zeggen dat ik daar eigenlijk niet mee bezig ben. Ik wil vooral graag blijven kunnen schrijven omdat ik het graag doe en een lezerspubliek blijven hebben dat van mijn boeken geniet. Als je een boek vergelijkt met een kind, dan zou het per se winnen van een prijs zoiets zijn als willen dat dat kind een bepaald diploma haalt of topsporter wordt. Terwijl je eigenlijk gewoon wil dat het gelukkig is. Eigenlijk gaat de vergelijking wel op. Ik geniet van het creëren, en eenmaal het boek er is, heeft het een bestaansrecht ‘an sich’ en hoop ik dat het omringd wordt door mensen die het graag hebben.
Zijn er auteurs die je boeken gelezen hebben en wat was hun reactie of eventueel advies?
Er zijn enkele auteurs die via de sociale media hun positieve feedback hebben gedeeld nadat ze het boek hadden gelezen. Maar vooraf waren er geen auteurs die hebben meegelezen. Wel heb ik heel veel gehad aan de adviezen van Hanneke Wijte en Harold De Croon bij The House of Books.
Wat lees je zelf zoal en wat ligt er nu op je nachtkastje?
Enkele van mijn favorietjes:
Charlotte Link (Dtsl.), Tess Gerritsen (VS), Esther Verhoef (NL), Marion Pauw (NL). Momenteel lees ik ‘Waarheen je ook vlucht’ van Elizabeth Haynes. Niet slecht!
Je zegt: ‘Hooggedoseerde creativiteit en fantasie houden me ‘alive and kicking’. Wat doe je om die ‘alive and kicking’ te houden. Waar haal je de inspiratie?
Mijn inspiratie haal ik uit het gewone leven. Veel mensen laten gedachteloos de ene dag in de andere verglijden zonder op een bewuste manier in het leven te staan. Dat is zonde. Als je al je ‘sensoren’ activeert en openstaat om nieuwe verhalen van mensen te horen en nieuwe stukjes van de wereld te ontdekken, dan zal er altijd meer inspiratie dan schrijftijd voorhanden zijn.
Ik heb de indruk dat jij een duizendpoot bent en altijd wel met iets bezig bent. Word je soms niet moe van jezelf? :-)
Voor iemand die me niet persoonlijk kent, heb je me snel door!
Het kan moeilijk zijn om rust te vinden wanneer er veel ideeën tegelijk opborrelen. Dan wil ik zo graag al die dingen realiseren dat ik mezelf dreig voorbij te hollen. Op zulke momenten helpt het om even wat afstand te nemen en iets heel anders te doen. Na een paar dagen of weken wordt dan vanzelf duidelijk wat ik als prioritair aanvoel.
Beschrijf jezelf eens in vijf woorden....
*gepassioneerd
*fantasierijk
*gevoelig
*openhartig
*denker
Heb je een bucket-list en wat zou je daar heel graag op afvinken?
Als er dingen zijn die ik echt wil, stel ik die zo weinig mogelijk uit, want ik ben me sterk bewust van de vergankelijkheid van het leven. Als je mensen op jonge leeftijd hebt zien sterven, dan verandert dat de manier waarop je naar het begrip ‘toekomst’ kijkt. Dat is iets dat niet bestaat. Het enige wat we hebben, zijn onze herinneringen en het ‘nu’ om nieuwe herinneringen te maken.
Maar blijven dromen is ook iets waar ik van hou, dus staan er altijd dingen op een imaginair lijstje. Ook hele gekke dingen hoor. Zoals:
* een romantisch boek lezen in een Engelse kasteeltuin
* een verkleed volksdansfeest bijwonen
* in een roeiboot drijven op een verlaten vijver
* rondreizen in British Columbia
* zwemmen in doorzichtig zeewater
* een Siamese kat aaien
* logeren in een Zweeds huisje bij een meer
* het scenario voor een film of een tv-serie mogen aanleveren
Katrien, bedankt voor je spontane medewerking en je tijd!
Succes bij alles wat je nog onderneemt in je leven!
Héél graag gedaan!
Leesclub 'De Perfecte Buren' in gesprek met Katrien Van Effelterre
Na ‘Vossenspoor’ is ‘Levend aas’ de tweede thriller van Katrien Van Effelterre. Deze Vlaamse gaat niet joggen zonder de bosgrond af te speuren naar een verborgen lijk. Want mensen denken meer dan ze zeggen en doen meer dan ze laten zien.
Gepassioneerd door de taal van het leven schrijft zij thrillers in een vlot en scherpzinnig proza dat recht doet aan de levendige karaktertekening van de personages en de spanning waarmee de verrassende intriges zich ontvouwen.
Wil je nog meer weten over Katrien en haar passies, lees dan dit boeiend en openhartig interview dat ik met haar had.
Karin - Team De Perfecte Buren
Wie is Katrien?
Ik ben een gevoelig meisje dat het leven heel intens beleeft. Zowel de positieve als de negatieve dingen. Ik koester herinneringen, dromen en fantasieën, en heb altijd een passie gehad voor verhalen. Eigenlijk bestaat het hele leven uit verhalen. Verhalen zijn de manieren waarop het leven betekenis krijgt. Zonder verhalen zijn er alleen losse eindjes die berusten op toeval of willekeur.
Je promoveerde na je studie Germaanse taal- en letterkunde in 2006 met een onderzoek naar terugkerende doden in de volkse vertelcultuur. Een mond vol! Vertel eens.....
Nadat ik als germanist was afgestudeerd, vroeg professor Stefaan Top mij of ik geïnteresseerd was om als wetenschappelijk medewerker met een project te starten. Het resultaat werd de Vlaamse Volksverhalenbank (www.volksverhalenbank.be), een heel mooi project rond de ontsluiting van duizenden Vlaamse sagen over heksen, weerwolven, vrijmetselaars, duivels, enz. die enkele decennia geleden bij authentieke vertellers werden opgetekend door studenten. Ik koos het thema van de terugkerende doden om een doctoraatsonderzoek over te voeren, omdat dat onderwerp zo diep gaat. Het gaat over het spanningsveld tussen volksgeloof en de officiële religie, maar ook over de universele nieuwsgierigheid van de mens naar het leven na de dood.
Na afloop van dat project ging ik in 2007 als Europees projectmanager aan de slag bij het Brusselse hoofdkantoor van de VDAB. Nu ben ik daar teamleider en expert arbeidsmarktregie op de dienst Europees Projectbeheer.
Omdat ik zoveel creatieve ideeën in me heb, startte ik kortgeleden ook met een zelfstandig bijberoep als copywriter. Ondernemende mensen helpen meedenken over de meerwaarde die zij willen brengen en dat vertalen in ‘tekst die werkt’, geeft me voldoening.
Je bent gepassioneerd door taal. Zat dat er als kind al in?
Ja, zeker. Ik heb altijd graag en veel gelezen, en op school was het schrijven van opstellen mijn favoriete opdracht. Volgens mijn mama kon ik spreken voordat ik kon lopen. Negen maanden was ik toen. Ik had vast al begrepen dat mijn woorden me dichter bij mijn dromen zouden kunnen brengen dan mijn voeten dat konden. Want voetstappen zijn beperkt tot de wereld van de realiteit. Terwijl verhalen een universum scheppen dat grenzeloos is. Toen ik voor het eerst bij de kinderarts kwam en mama verklaarde dat ik al sprak, dacht die dokter met zijn vroege grijze haardos overduidelijk: ‘Ja ja mevrouwtje, dat vindt iedereen natuurlijk van z’n eigen kind.’ Maar toen ik er even later in mijn kinderlijke onschuld uitflapte ‘Jij bent een bompa’, had hij daar niet van terug. Wie weet, misschien is hij sinds die dag wel zijn haar beginnen verven! [lacht]
Na ‘Vossenspoor’ is ‘Levend aas’ je tweede thriller, waarom koos je voor dit genre?
Spanning en gevaar intrigeren me. Vooral de gevaren waarvan we ons niet bewust zijn. Niemand loopt met zijn geheimen te koop, waardoor het stukje dat we van mensen te zien krijgen, altijd maar het topje van de ijsberg is.
Wie had bijvoorbeeld kunnen vermoeden dat de sociale en goedlachse Ronald Janssen zo’n duistere kant zou hebben?
Hoelang heb je aan ‘Levend aas’ gewerkt en hoe begin je aan zo’n verhaal, wat heeft je geïnspireerd?
Aan de uitwerking van de plot en het schrijven van de eerste versie heb ik ongeveer zes maanden gewerkt. Na de positieve reactie van The House of Books volgde er een proces van een klein jaar waarin ik van Hanneke Wijte en Harold De Croon zoveel inspiratie en feedback heb gekregen dat het manuscript er alleen nog spannender door is geworden. Ik ben dan ook heel dankbaar voor de groei die dat jaar me heeft gebracht.
Ga je verder met dezelfde personages, dan bedoel ik met hetzelfde politie team?
Jazeker. Levend aas is het eerste deel van een misdaadreeks met hetzelfde politieteam. Patricia Rodiers, undercoveragente en hoofdpersonage, woont in Hasselt en werkt dan ook vanuit die regio. Maar misdaad overschrijdt soms grenzen, niet alleen op moreel vlak. Ik wil nog niet teveel verklappen, maar deel twee situeert zich in verschillende regio’s van ons land.
Ja, een werkversie van het tweede deel van deze reeks is dus al klaar. Dat verhaal begint met een vrouw die op haar werk een telefoontje krijgt van de crèche waar haar kind verblijft. Haar dochtertje is plots ziek geworden, waardoor ze meteen moet komen. Nadat ze haar auto bij de crèche heeft geparkeerd en is uitgestapt, wordt ze met één schot in het hoofd gedood.
Er volgt een hele reeks van moorden, die op een heel onwaarschijnlijke manier met elkaar zijn verbonden rond een thema dat niemand onberoerd zal laten.
Je hebt een Nederlandse uitgever, The House of Books. Hoe bevalt dit als Vlaamse?
Als Vlaamse auteur is het een uitzonderlijke kans om met een Nederlandse uitgever te kunnen samenwerken. In Nederland heeft men immers al genoeg eigen auteurs voor een relatief klein taalgebied. De samenwerking met The House of Books heeft me dan ook heel enthousiast gemaakt. Levend aas ligt daardoor niet alleen in de Vlaamse maar ook in de Nederlandse boekhandels. En wat dat extra leuk maakt, is dat Nederlanders zo heerlijk extravert durven te zijn. Ze delen openlijk wat ze ergens over denken, ook via de sociale media, en dat heeft nu al voor een levendige dynamiek rond dit boek gezorgd.
Verwerk je biografische elementen in je boeken?
Nee, niet in de strikte zin van het woord. Maar ik heb het woord ‘autobiografisch’ wel altijd een beetje ambigu gevonden. Want bij alles wat je schrijft, ligt er automatisch toch een stukje van jezelf in je manier van kijken naar de realiteit. Voor de uitwerking van een personage bijvoorbeeld, gebruik ik soms wel elementen van mensen uit mijn omgeving omdat het tijdens het schrijfproces belangrijk is dat ik ze echt voor me kan zien.
Zou je ook een kinderboek of een roman kunnen schrijven?
Een kinderboek zou ik niet kunnen schrijven, denk ik. Omdat ik zelf geen kinderen heb, vind ik het heel moeilijk om me een voorstelling te maken van wat kinderen op welke leeftijd interessant vinden en welke taalkundige complexiteit ze op die leeftijd aan kunnen.
Een liefdesroman is dan weer wel iets dat ik helemaal zou zien zitten. Maar eerst ga ik verder met de misdaadreeks rond Patricia Rodiers, want heel veel lezers zitten nu al op het tweede deel te wachten!
In ‘Levend aas’ staan dating-sites centraal. Hoe sta je zelf tegenover dating-sites?
Persoonlijk vind ik het internet een fantastische uitvinding. Mensen die beweren dat we daardoor minder authentiek contact met elkaar hebben, volg ik niet. Met een laptop op schoot kunnen we contact hebben met mensen aan de andere kant van de wereld. Dat is toch wonderlijk! Hetzelfde geldt voor online dating. Dat is grensverleggend in die zin dat het mensen in contact brengt met een veelvoud van de mannen of vrouwen die ze twee generaties geleden alleen maar onder de kerktoren zouden hebben ontmoet. Bovendien is het een makkelijk en efficiënte manier om mensen voor sociaal isolement te behoeden. Zo begon er voor de 103-jarige Zweedse blogster Dagny Carlsson letterlijk een nieuw leven met de aankoop van haar eerste computer. Hoe ze online op zoek gaat naar een man met wie ze nog een keer zou kunnen dansen, dat is gewoon fantastisch! Natuurlijk moet je op je hoede zijn, zowel online als offline. Er zijn een aantal redenen waarom sociopaten datingsites als het gedroomde werkterrein zien om een slachtoffer te vinden. Zonder paranoïde te worden, moeten mensen zich daarvan bewust zijn.
Zie je, terwijl je schrijft het verhaal als in een film voor je?
Ja, absoluut.
En stel je boek wordt verfilmd, wie wil je zeker in de cast hebben en waarom?
Het hoofdpersonage zou zeker een heel vrouwelijk type moeten zijn. In mijn column ‘Moordgrieten’ schreef ik er al over hoe vrouwen in misdaadthrillers en daarop gebaseerde tv-series vaak erg mannelijk worden voorgesteld. Alsof een vrouw alleen maar politiewerk kan doen als ze zich als een man weet te gedragen. Een succesvolle verfilming zou dus stereotypes moeten doorbreken. Waarom bijvoorbeeld geen jonge talenten als Marieke Dilles (De Smaak van de Keyser) of Lise Feryn (In Vlaamse Velden) in de hoofdrol?
Heb je een schrijfritueel? Bv enkel ‘s avonds, in stilte of net met muziek, ......
Wanneer ik in een schrijfproces zit, zijn vooral regelmaat en discipline van belang. Nogal wat mensen vertellen me dat ze ooit ook een keer een boek willen schrijven, maar er gewoon nog geen tijd voor hebben. Of ze beginnen eraan, maar hebben dan te weinig inspiratie om door te gaan.
Voor mij werkt het veel beter om bijvoorbeeld iedere dag twee uur te schrijven in plaats van een heel weekend non-stop aan mijn verhaal vastgelijmd te zitten. Mensen die het echt willen, kunnen er dus best dagelijks een stukje tijd voor reserveren, ook al is het maar heel kort. De regelmaat zal resultaat opleveren.
Wat de plaats betreft, ben ik redelijk flexibel. Meestal schrijf ik thuis aan mijn bureau, maar mijn laptop kan ik overal neerzetten, dus het kan net zo goed op de trein of in een gezellig cafeetje. Achtergrondmuziek stoort me niet, maar stilte is beter, want conversaties van mensen rond me leiden me teveel af.
Weet je nog wanneer de kriebels kwamen om te gaan schrijven? Hoe jong was je toen?
Gek genoeg kan ik me geen tijd herinneren waarin die kriebel er niet was. Als klein meisje van een jaar of tien zei ik al dat ik schrijfster wilde worden. Mijn ouders raadden me toen aan om eerst maar ‘iets gewoons’ te doen; schrijven zou daarnaast nog altijd kunnen. Een effectieve start maken met het schrijven van fictie, kon ik pas toen ik mijn doctoraat had afgewerkt. Pas dan kwam er tijd voor een privé-leven, samen met de vrijheid om voetnoten en bibliografieën te mogen loslaten en gewoon te kunnen schrijven wat in mijn hoofd opkwam.
Je boek wordt goed gelezen en bekroond met vele sterren. Wat doet dat met jou?
Ik ben er heel erg blij mee, dat spreekt voor zich. Maar dat betekent niet dat ik daardoor ga zweven. Het is eerder een gevoel van geruststelling: oef, de lezers vinden het goed. Het is gek, maar je bent zo’n lange periode zo intensief met je tekst bezig geweest, dat je op de duur zelf de kwaliteit van het resultaat niet meer kan beoordelen. Want je kan niet meer verrast worden door je eigen verhaal.
Bloggers schieten als paddenstoelen uit de grond en recensies verschijnen her en der op sociale media en sites. Hoe sta jij tegenover de sociale media? Vind je dit een voordeel of heb je er niets mee?
Sociale media, en dan vooral Facebook, kunnen heel ‘fake’ en oppervlakkig voelen afhankelijk van waar ze worden voor gebruikt. Maar als platform om in contact te komen met lezers werkt Facebook buitengewoon goed.
Hoe belangrijk vind je het contact met je lezers en hoe beleef je dat?
Zonder lezers zijn er geen boeken. Dus ja, contacten met lezers vind ik heel belangrijk. Ik ben vereerd wanneer ze het vertrouwen hebben gehad om mijn boek te kopen en ik waardeer iedere vorm van feedback dan ook enorm.
Wat is het moeilijkste wat je ooit gedaan hebt?
Het moeilijkste in het leven vind ik loslaten. En tegelijk is dat precies het allerbelangrijkste dat een mens moet leren om geluk en vrijheid te kunnen voelen. De kracht vinden om je eigen weg te gaan, los van wat je denkt dat anderen van je verwachten, die krijg je niet van vandaag op morgen. Mensen rollen door hun diploma en door promoties vaak van de ene job in de andere zonder zich af te vragen of ze dat wel echt willen. Ik ben me daar altijd zeer bewust van geweest. Door een promotie te weigeren heb ik wel eens tegen zere schenen geschopt. Maar het is mijn leven en dus mijn keuze. Op privé-vlak gaat het al net zo. De maatschappelijke druk om je op een bepaalde leeftijd te settelen met een huis, een partner en twee kinderen, kan heel sterk zijn. ‘Geen kindjes?’ vragen mensen mij soms met een blik die aarzelt tussen medelijden en nieuwsgierigheid. Als vrouwen niet de onbedwingbare behoefte voelen om zich voort te planten, is dat nog steeds een beetje ‘not done’.
We schikken ons zo gemakkelijk naar de verwachtingen van anderen omdat we vrezen dat anders niemand ons nog graag zal mogen. Zeker vrouwen voelen zich gemakkelijk verantwoordelijk voor het geluk van anderen. ‘Ik moet met die vriendin mee naar daar, want anders zal ze misschien slechtgezind zijn.’ ‘Nee, dat doe ik maar niet, want wat zullen de mensen dan zeggen?’ Zichzelf zetten ze te vlotjes op de laatste plaats, terwijl ieder mens voor zichzelf de eerste plaats verdient.
Er zijn auteurs die schrijven onder een pseudoniem. Heb je daaraan niet gedacht?
Een pseudoniem heeft een belangrijk nadeel: als je je er echt achter verbergt, kan je geen promotie voeren voor je boek. En laat dat nu net hetgene zijn dat voor een beginnend auteur van cruciaal belang is. Daarom heb je er alle baat bij om je naam en je bestaande netwerk in te zetten om je boek bekend te maken. Maar natuurlijk kan een pseudoniem ook voordelen hebben: het geeft een grote experimentele vrijheid. Omdat net dat ook bijzonder aantrekkelijk kan zijn, staat het in mijn bucketlist!
Welke prijs zou je absoluut willen winnen?
Het klinkt zeker niet zo verstandig, maar als ik eerlijk ben, moet ik zeggen dat ik daar eigenlijk niet mee bezig ben. Ik wil vooral graag blijven kunnen schrijven omdat ik het graag doe en een lezerspubliek blijven hebben dat van mijn boeken geniet. Als je een boek vergelijkt met een kind, dan zou het per se winnen van een prijs zoiets zijn als willen dat dat kind een bepaald diploma haalt of topsporter wordt. Terwijl je eigenlijk gewoon wil dat het gelukkig is. Eigenlijk gaat de vergelijking wel op. Ik geniet van het creëren, en eenmaal het boek er is, heeft het een bestaansrecht ‘an sich’ en hoop ik dat het omringd wordt door mensen die het graag hebben.
Zijn er auteurs die je boeken gelezen hebben en wat was hun reactie of eventueel advies?
Er zijn enkele auteurs die via de sociale media hun positieve feedback hebben gedeeld nadat ze het boek hadden gelezen. Maar vooraf waren er geen auteurs die hebben meegelezen. Wel heb ik heel veel gehad aan de adviezen van Hanneke Wijte en Harold De Croon bij The House of Books.
Wat lees je zelf zoal en wat ligt er nu op je nachtkastje?
Enkele van mijn favorietjes:
Charlotte Link (Dtsl.), Tess Gerritsen (VS), Esther Verhoef (NL), Marion Pauw (NL). Momenteel lees ik ‘Waarheen je ook vlucht’ van Elizabeth Haynes. Niet slecht!
Je zegt: ‘Hooggedoseerde creativiteit en fantasie houden me ‘alive and kicking’. Wat doe je om die ‘alive and kicking’ te houden. Waar haal je de inspiratie?
Mijn inspiratie haal ik uit het gewone leven. Veel mensen laten gedachteloos de ene dag in de andere verglijden zonder op een bewuste manier in het leven te staan. Dat is zonde. Als je al je ‘sensoren’ activeert en openstaat om nieuwe verhalen van mensen te horen en nieuwe stukjes van de wereld te ontdekken, dan zal er altijd meer inspiratie dan schrijftijd voorhanden zijn.
Ik heb de indruk dat jij een duizendpoot bent en altijd wel met iets bezig bent. Word je soms niet moe van jezelf? :-)
Voor iemand die me niet persoonlijk kent, heb je me snel door!
Het kan moeilijk zijn om rust te vinden wanneer er veel ideeën tegelijk opborrelen. Dan wil ik zo graag al die dingen realiseren dat ik mezelf dreig voorbij te hollen. Op zulke momenten helpt het om even wat afstand te nemen en iets heel anders te doen. Na een paar dagen of weken wordt dan vanzelf duidelijk wat ik als prioritair aanvoel.
Beschrijf jezelf eens in vijf woorden....
*gepassioneerd
*fantasierijk
*gevoelig
*openhartig
*denker
Heb je een bucket-list en wat zou je daar heel graag op afvinken?
Als er dingen zijn die ik echt wil, stel ik die zo weinig mogelijk uit, want ik ben me sterk bewust van de vergankelijkheid van het leven. Als je mensen op jonge leeftijd hebt zien sterven, dan verandert dat de manier waarop je naar het begrip ‘toekomst’ kijkt. Dat is iets dat niet bestaat. Het enige wat we hebben, zijn onze herinneringen en het ‘nu’ om nieuwe herinneringen te maken.
Maar blijven dromen is ook iets waar ik van hou, dus staan er altijd dingen op een imaginair lijstje. Ook hele gekke dingen hoor. Zoals:
* een romantisch boek lezen in een Engelse kasteeltuin
* een verkleed volksdansfeest bijwonen
* in een roeiboot drijven op een verlaten vijver
* rondreizen in British Columbia
* zwemmen in doorzichtig zeewater
* een Siamese kat aaien
* logeren in een Zweeds huisje bij een meer
* het scenario voor een film of een tv-serie mogen aanleveren
Katrien, bedankt voor je spontane medewerking en je tijd!
Succes bij alles wat je nog onderneemt in je leven!
Héél graag gedaan!