Tenzij je er zelf één bent, ken je ze ongetwijfeld, de talloze apetrotse mama’s en papa’s, en oma’s en opa’s van fantastische ‘kids’ die ‘het’ gaan maken in het leven en, om die bewering kracht bij te zetten, ongevraagd foto’s van hun nageslacht, soms zelfs met ontbloot geslacht – tot een bepaalde leeftijd schijnen fatsoensnormen perfect door Babydry Pampers te worden geabsorbeerd - onder je neus schuiven.
Waar ‘het’ precies voor staat, kan meestal niemand zeggen. Maar dat is vast geen probleem, want potentiële producten zijn er bij de vleet. Sommigen maken auto’s en zijn mecanicien, anderen maken powerpoint-presentaties en noemen zich manager, en nog anderen specialiseren zich in bladerdeegpasteitjes en worden patissier. Velen maken kinderen en worden gewoon trots. Op hún kinderen die dat mysterieuze ‘het’ ongetwijfeld ook weer zullen maken. Lijkt dat niet verdacht veel op het geloof in de Messias, dat van generatie op generatie wordt doorgegeven, en waarvan velen nog altijd verwachten dat Hij komen moet? Zou dat ‘het’ zijn dat er gemaakt zal worden, en wordt van al die fantastische ‘kids’ verwacht dat ze zich als de nieuwe grootmeesters van het heelal zullen openbaren?
Daar lijkt het in ieder geval wel op, want anders zouden ze nu al niet zo ontzettend slim en assertief zijn. Een genie in de knop herken je meteen!
De biologische scheppers van al die genialiteit helaas ook…
Want waar bescheidenheid ooit een deugd was, die zelfs voor de beschrijving van het eigen nageslacht gold, geldt nu de mode van de verheerlijking van de eigen genen.
Zeg je tegen een vrouw dat ze een mooi jurkje draagt, dan reageert ze: ‘O, dat is uit de uitverkoop en ik heb het al eeuwen. Maar ik draag het niet vaak, want mijn kont lijkt er gigantisch in.’
Kont en compliment worden genadeloos afgeschoten, om haastig de smartphone met foto’s en filmpjes boven te halen.
‘Komt dat zien, dames en heren, want het is ongelooflijk wat ik heb geproduceerd! Een peuter met zowaar al drie tanden, die gisteren zijn eerste stap heeft gezet. Niet op de maan – wie kiest tegenwoordig nog zo’n prehistorische bestemming uit als je ook naar Plopsaland kan – maar zo gezwind dat hij later minstens hordeloper zal worden, en zo slim dat hij Einstein als een idioot de verdere geschiedenis in zal sturen.’
De moeder straalt van trots, net zoals vaders en grootouders dat doen. Verder dan twee generaties reikt de aansprakelijkheid voor de kwaliteitsgarantie van producten gewoonlijk niet. Wat al behoorlijk lang is in vergelijking met stoomovens en elektrische epileerapparaten.
Nu vind ik het persoonlijk een kwestie van economische logica dat een producent achter zijn eigen product staat. Als hij het al niet doet, wie dan wel?
Maar daarom hoef je dat nog niet van de daken te schreeuwen. Vooral omdat die trots in het slechtste geval zelfverheerlijking en in het beste geval gewoon liefde is. Onvoorwaardelijke liefde van de mooiste soort, zoals ouders van kinderen met een beperking, of baby’s die zelfs nooit geboren zijn mogen worden, die niet minder hebben.
Want wat moeten zij dan, de ouders van al die kwetsbare wezens ‘down the road’, wanneer ze horen hoe hoog het IQ en hoe omvangrijk de successen van andere fantastische ‘kids’ zijn? Terwijl de hunne in hun pretentieloze wijsheid de grootste diamant van iedere genialiteit bezitten: het vermogen om onbevangen te zijn.
Dan weet je dat het verschil in de liefde zit. Niet in het fantastisch zijn. Omdat net de liefde en niet de trots fantastisch is.
Waar ‘het’ precies voor staat, kan meestal niemand zeggen. Maar dat is vast geen probleem, want potentiële producten zijn er bij de vleet. Sommigen maken auto’s en zijn mecanicien, anderen maken powerpoint-presentaties en noemen zich manager, en nog anderen specialiseren zich in bladerdeegpasteitjes en worden patissier. Velen maken kinderen en worden gewoon trots. Op hún kinderen die dat mysterieuze ‘het’ ongetwijfeld ook weer zullen maken. Lijkt dat niet verdacht veel op het geloof in de Messias, dat van generatie op generatie wordt doorgegeven, en waarvan velen nog altijd verwachten dat Hij komen moet? Zou dat ‘het’ zijn dat er gemaakt zal worden, en wordt van al die fantastische ‘kids’ verwacht dat ze zich als de nieuwe grootmeesters van het heelal zullen openbaren?
Daar lijkt het in ieder geval wel op, want anders zouden ze nu al niet zo ontzettend slim en assertief zijn. Een genie in de knop herken je meteen!
De biologische scheppers van al die genialiteit helaas ook…
Want waar bescheidenheid ooit een deugd was, die zelfs voor de beschrijving van het eigen nageslacht gold, geldt nu de mode van de verheerlijking van de eigen genen.
Zeg je tegen een vrouw dat ze een mooi jurkje draagt, dan reageert ze: ‘O, dat is uit de uitverkoop en ik heb het al eeuwen. Maar ik draag het niet vaak, want mijn kont lijkt er gigantisch in.’
Kont en compliment worden genadeloos afgeschoten, om haastig de smartphone met foto’s en filmpjes boven te halen.
‘Komt dat zien, dames en heren, want het is ongelooflijk wat ik heb geproduceerd! Een peuter met zowaar al drie tanden, die gisteren zijn eerste stap heeft gezet. Niet op de maan – wie kiest tegenwoordig nog zo’n prehistorische bestemming uit als je ook naar Plopsaland kan – maar zo gezwind dat hij later minstens hordeloper zal worden, en zo slim dat hij Einstein als een idioot de verdere geschiedenis in zal sturen.’
De moeder straalt van trots, net zoals vaders en grootouders dat doen. Verder dan twee generaties reikt de aansprakelijkheid voor de kwaliteitsgarantie van producten gewoonlijk niet. Wat al behoorlijk lang is in vergelijking met stoomovens en elektrische epileerapparaten.
Nu vind ik het persoonlijk een kwestie van economische logica dat een producent achter zijn eigen product staat. Als hij het al niet doet, wie dan wel?
Maar daarom hoef je dat nog niet van de daken te schreeuwen. Vooral omdat die trots in het slechtste geval zelfverheerlijking en in het beste geval gewoon liefde is. Onvoorwaardelijke liefde van de mooiste soort, zoals ouders van kinderen met een beperking, of baby’s die zelfs nooit geboren zijn mogen worden, die niet minder hebben.
Want wat moeten zij dan, de ouders van al die kwetsbare wezens ‘down the road’, wanneer ze horen hoe hoog het IQ en hoe omvangrijk de successen van andere fantastische ‘kids’ zijn? Terwijl de hunne in hun pretentieloze wijsheid de grootste diamant van iedere genialiteit bezitten: het vermogen om onbevangen te zijn.
Dan weet je dat het verschil in de liefde zit. Niet in het fantastisch zijn. Omdat net de liefde en niet de trots fantastisch is.